Omgaan met pesten in de klas
Ieder kind heeft drijfveren en verlangens, die ervoor zorgen dat het doet wat het doet, maar daarnaast heeft het ook nog hogere drijfveren. En juist die hogere drijfveren blijven in eerste instantie buiten beeld. Het ''verlangen achter het verlangen'' zou je dat kunnen noemen. Iets wat het nog liever wil dan hetgeen het lijkt te willen. Een verlangen dat ook sterker kan zijn dan het kind zelf denkt dat het wil. Om een voorbeeld te geven: iemand kan zich agressief of afwerend gedragen om zich veilig te voelen. 'Veilig voelen' zou je dus als een verlangen kunnen definiëren. En allerlei gedragingen, zoals verbaal geweld, afsluiten voor anderen, kortaf reageren, cynische opmerkingen maken, zou je kunnen zien als manieren om dat verlangen te realiseren. Een kind dat zich onveilig voelt, zal indien nodig alles uit de kast halen om zijn gevoel van onveiligheid op te heffen. Maar achter het verlangen zich veilig te voelen, zou weleens een groter verlangen schuil kunnen gaan. Het hogere verlangen zich geliefd te weten, bijvoorbeeld. Een kwetsbaar verlangen dat makkelijk beschadigd kan worden als anderen hun liefde plotseling terugtrekken. En wie weet is dat bij een kind dat zich afwerend gedraagt ook (vaak) gebeurd.
Een mooie illustratie van het begrip ''verlangen achter het verlangen'' is het verhaal van Petra. Petra is een meisje dat aan het begin van het schooljaar in groep acht van een nieuwe basisschool komt. Nou is het sowieso al moeilijk om als nieuweling in een klas te komen met kinderen die elkaar al jarenlang kennen, maar wat het extra moeilijk maakt is het feit dat Petra ook nog eens erg dik en wat verlegen is. Binnen de kortste keren wordt ze dan ook gepest en vooral Monique, het populairste meisje, de queen bee van de klas, maakt het erg bont. Ze noemt Petra een 'vetzak' en een 'kliko'. Als er op het schoolplein gespeeld wordt, zorgt Monique dat Petra nergens aan mee kan doen. De juf van groep acht, mevrouw G., is woedend. Het liefst zou ze Monique door elkaar schudden om haar duidelijk te maken hoe gemeen ze wel niet is. Een brief schrijven lijkt haar een beter plan, maar ook daarin komt ze niet verder dan Monique met verwijten om de oren te slaan. En dus gooit ze alle oude versies weg. Uiteindelijk schrijft ze Monique een brief met een totaal andere invalshoek.
Beste Monique, ik heb je hulp nodig. Zoals je vast wel hebt gemerkt wordt Petra, sinds ze bij ons in de klas zit, elke dag gepest en belachelijk gemaakt. School moet erg moeilijk voor haar zijn. Je vraagt je vast af waarom ik jou daarover schrijf. Ik weet dat jij leiderschapskwaliteiten hebt en dat je vrienden veel respect voor je hebben. Als jij hun duidelijk maakt dat iemands gewicht niks zegt over hoe leuk of aardig iemand is, zullen het plagen en de nare grappen misschien wel stoppen. Ik weet dat deze brief veel van je vraagt, maar ik heb er vertrouwen in dat jij een manier zal vinden om Petra's schooldagen gelukkiger te maken.
Met vriendelijke groet, Juf G.
Wat is het effect? Monique reageert niet op de brief, maar na een paar dagen houden het pesten en de grappen op. Petra wordt niet veel later gevraagd om mee te helpen bij het decor voor het schooltoneel en Monique kiest haar zelfs in het volleybalteam. En zo heeft Petra alsnog een fantastisch laatste jaar op de basisschool.
Waarom was de interventie van de juf zo succesvol? Het kan niet anders zijn of Monique, het populaire meisje, voelde zich door de juf uitgedaagd om zichzelf op een hoger niveau van verlangen te verwezenlijken: van het niveau 'populair meisje zijn', naar het niveau 'iets betekenen voor een ander kind'.
Dit artikel komt uit het boek: Lastige kinderen? Heb jij even geluk, geschreven door Berthold Gunster.