Inbakeren

Sommige mensen bakeren hun baby in met het idee dat het dan minder gaat huilen en beter gaat slapen. Begin niet meteen met inbakeren: leer je baby eerst goed kennen. Neem daar een paar weken de tijd voor.

Inbakeren

Beginnen met inbakeren

Als je er over denkt om je baby in te bakeren, bespreek dit dan eerst met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige van de Jeugdgezondheidszorg. Zij kunnen je vertellen of inbakeren iets voor jouw kind kan zijn en welke manier van inbakeren veilig is. Vaak word je baby al rustiger door regelmaat, een voorspelbare vaste volgorde in de dagen en minder prikkels. Begin in elk geval niet meteen met inbakeren na de geboorte. Zo hebben jij en je baby eerst nog de tijd om aan elkaar te wennen door middel van lichamelijk contact.

Veilig inbakeren

Bij inbakeren wikkel je je baby in doeken om huilen of onrustig slapen te voorkomen. De volgende tips zijn belangrijk voor de veiligheid:
  • De stof die je voor het inbakeren gebruikt mag niet te dik zijn.
  • De stof mag niet te los of te strak zitten: een baby moet zijn benen in opgetrokken stand kunnen spreiden (de kikkerstand).
  • Zorg dat de bakerdoek niet tegen het gezicht van je baby komt. Je baby kan dan onrustig worden, omdat het dan voor je baby kan lijken alsof hij wordt aangelegd voor een voeding.
  • Een inbakerdoek moet onder de voeten gesloten worden.
  • Armen moeten stevig langs het lichaam worden ingepakt.
  • Ook moet er stof om de schouders, om te voorkomen dat je baby zijn armen aan de bovenkant bevrijdt.
  • Het hoofd mag niet bedekt zijn vanwege kans op oververhitting.
  • Stop altijd met inbakeren als je baby begint te draaien (zonder inbakerdoek). Het is gevaarlijk als een ingebakerde baby op de buik draait.
  • Begin met afbouwen voordat je kind vier maanden is en stop voordat het zes maanden is.
  • Als je je baby in bed legt, leg hem dan altijd op de rug.

Wanneer je baby niet inbakeren

Baker je baby niet in:
  • Als hij ziek is of koorts heeft.
  • De eerste 24 uur na een vaccinatie.
  • Als je baby een ernstige luchtweginfectie heeft.
  • Verschijnselen van of aanleg voor heupdysplasie heeft.
  • Wanneer de baby scoliose (kromming van de ruggengraat) heeft.
  • Als je baby zelf begint om te rollen.
  • Overleg met de jeugdarts, huisarts of specialist als de baby eczeem heeft. Meestal kan de baby wel ingebakerd worden bij droog eczeem, maar niet bij nat eczeem.
  • Als je baby ouder is dan zes maanden (rond de vier maanden ga je afbouwen).

Inbakerdoeken

Naast losse doeken, kun je ook speciale kant-en-klare inbakerdoeken gebruiken. Het is belangrijk dat de doeken voldoen aan de veiligheidsrichtlijnen voor veilig inbakeren. Op het consultatiebureau van de Jeugdgezondheidszorg kun je hier meer informatie over krijgen. Er zijn ook inbakerslaapzakjes te koop. In een inbakerslaapzakje zitten geen armsgaten; de armpjes zitten in de slaapzak. Met een inbakerslaapzakje kun je je baby niet volgens de richtlijnen inbakeren. Kijk voor het verschil tussen een inbakerslaapzak en een inbakerdoek op Kinderveiligheid.nl.

Advies en uitleg inbakeren van de jeugdgezondheidszorg

De jeugdverpleegkundige en jeugdarts van de Jeugdgezondheidszorg kunnen je advies geven.  Zij weten precies wat een veilige manier is van inbakeren. Zij kunnen je ook helpen met adviezen zodat je baby minder gaat huilen, bijvoorbeeld door rust en regelmaat. Bekijk ook dit filmpje over inbakeren en troosten van de stichting Artsen voor kinderen (2021): Wil je weten of je baby veilig slaapt? Doe dan de slaaptest.